Leeuwarden aan Zee: ooit bestond dat echt. Tegenwoordig ligt Leeuwarden midden in het Friese land en lijkt het water ver weg. Maar dat is schijn. Wandel met ons mee naar de waterrijke roots van ‘Liwwadden’.

Tekst Tineke Zwijgers Foto’s Dorien Koppenberg

We starten op de hoek van de Wirdumerdijk en het Naauw, hartje Leeuwarden. Een historische plek, want hier ontstond zo’n achthonderd jaar geleden ‘Leeuwarden aan Zee’. De Wirdumerdijk keerde er het water van de Middelzee, en in een beschutte inham had een groep vissers, schippers en boeren drie terpen opgeworpen en een nederzetting gevormd. De ‘luwe warden’ boden beschutting tegen wind en water en gaven de plaats haar naam, die in de loop der tijd via onder meer Liwwadden is uitgekomen op Leeuwarden/Ljouwert. Dit is een mooi plekje in de stad die wordt doorsneden door grachtjes en voormalige riviertjes.

Frieslân 2018

Niet alleen Leeuwarden, maar heel Friesland mag zich in 2018 Culturele Hoofdstad van Europa noemen. Water speelt een belangrijke rol in de activiteiten, van elf kunstwerken, zoals fonteinen in de steden, tot de Tallshipraces in Harlingen in augustus. De nieuwe film WAD van Ruben Smit (De Nieuwe Wildernis) gaat in première en een waterrijke beleefroute door de provincie brengt je langs onder andere ’s werelds grootste stoomgemaal in Lemmer, het Woudagemaal. Een aanrader net buiten Leeuwarden is de door water omringde Dekema State, waar detectiveschrijver Havank ooit verliefd werd op een geest. Al met al dus een compleet programma.

Uit het lood geslagen

We zoeken de randen van de oude stad op en wandelen over de Willemskade. In de Museumhaven liggen oude vrachtschepen aangemeerd. Een paar ervan bieden logies en ontbijt in de rustige periode van het jaar. Om de hoek passeren we een parkje, aangelegd in wat ooit een ‘dwinger’ was: de Fries-Groningse benaming voor een bolwerk. Dwingers maakten vroeger deel uit van de verdedigingswerken van de vesting Leeuwarden en gaven de stad haar karakteristieke diamantvorm. We komen uit op het Oldehoofsterkerkhof, een van de drie terpen waar de stad op werd gebouwd. Blikvanger van het plein is de Oldehove, de Friese versie van de Toren van Pisa. Deze staat bijna twee meter uit het lood. Eigenlijk zou hier vanaf 1529 een basiliek verrijzen, ter ere van Sint Vitus – maar de bouwmeester had buiten de zachte kleigrond gerekend waarmee de terp gebouwd was. Toen de toren tien meter hoog was, zakte hij al scheef. De kerk werd vanwege de Reformatie nooit afgebouwd, maar de Oldehove bereikte evengoed een hoogte van veertig meter. We beklimmen de 183 treden en kijken weids uit over de omgeving.

Fatsoen moet je doen?

Ook de naastgelegen Prinsentuin is deels aangelegd op de bolwerken van de oude stad. Wij kiezen een plekje op het terras aan de vijver en mijmeren over hoe het er hier vroeger zal hebben uitgezien. De tuin werd in de zeventiende eeuw aangelegd voor de Friese stadhouders, zodat zij op warme dagen dicht bij het Stadhouderlijk Hof in het groen konden verpozen. Na de Franse Revolutie werd de tuin vrij toegankelijk, maar wel alleen voor ‘fatsoenlijke’ mensen. Via een doorsteekje komen we uit op het Jacobijnerkerkhof, waar we een fraaie houten waterpomp bewonderen op de binnenplaats van het Boshuizengasthuis. Ene Anna van Eysinga stichtte het hofje in 1652 om er armlastige weduwen op te vangen. Het geen hier staet, uijt nijt oft haet doch niet beschout. Tot armoedts hulp en weduws troost is het geboudt, zo kun je nog lezen boven de poort. De kuisheid van de bewoonsters werd goed bewaakt: de dames mochten wel bezoek ontvangen, maar er mocht niemand blijven logeren.

Of niet!

Als tegenwicht voor al die nadruk op fatsoenlijk en kuis maken we een stop in de Blokhuispoort, de voormalige gevangenis van de stad. Het complex is veilig omringd door water en slechts toegankelijk via een brug en een poort. De Blokhuispoort was op 8 december 1944 het decor van een spectaculaire overval en de bevrijding van eenenvijftig gearresteerde verzetslieden. Nu is het een cultureel centrum, waar we hippe winkeltjes en bedrijven treffen, exposities bekijken van onder meer de beroemde overval, en genieten van een ‘bakhap’ in Café De Bak. Je kunt er zelfs logeren in een voormalige gevangeniscel.

 

Zilte zaligheid onderweg

Friesland kent beroemde lekkernijen, van sûkerbole, oranjekoek en dûmkes tot het bier van Us Heit en riperkrite kaas. Ook beroemd is de beerenburg, die je in Leeuwarden kunt proeven bij Boomsma in de Bagijnenstraat. Dan kun je meteen om de hoek in de Nieuwe Steeg zoete lekkernijen halen bij De Grutterswinkel. Sla als je toch in de stad bent onze persoonlijke favoriet niet over: zilte zeeworst met Friese wijn. De worst van Bakker Uw Slager (what’s in a name!) in de Sint Jacobsstraat lijkt op de Friese droge worst, maar wordt gemaakt met vis. Smaakt goed met een glas witte Frysling van het gelijknamig wijngoed in Twijzel, een dorp tussen Leeuwarden en Buitenpost.

Praktisch

De complete beschrijving van deze waterwandeling vind je op onze site, www.wandelingen.info. Kijk voor een bed and breakfast op een schip (vanaf € 75 voor 2 personen) op www.slaapschepen.nl.